vrijdag, juni 23, 2006

23/06: De Oerwaas; het verhaal van een geboorte..

We schrijven woensdag 7 juni 2006 ongeveer 6 uur 's morgens. Ik word wakker met krampen, maar dat gebeurde de laatste weken wel vaker, dus veel belang hechtte ik er niet aan. Of probéérde ik er niet aan te hechten, want hoe dan ook zit je toch steeds te hopen dat het deze keer nu echt op gang gaat komen. Zeker omdat de datum voor de inleiding (die zou de maandag erop plaatsvinden) toch steeds dichterbij kwam en een spontane bevalling toch nog steeds de voorkeur geniet..

De wat dan later toch weeën bleken te zijn, kwamen zo ongeveer ieder half uur, wat ervoor zorgde dat ik af en toe toch al doezelend in slaap viel tussendoor. Toen Frank rond acht uur opstond, stond ik mee op, maar verzekerde hem dat hij maar naar zijn werk moest gaan. Het zou toch wel weer niets zijn. Hoewel mijn gevoel me ondertussen anders zei, maar zomaar van je werk blijven met weeën die nog zo ver uit elkaar liggen en waarvan je niet eens weet of ze gaan doorzetten, is ook niets natuurlijk.

Bon, de Frank dus op zijn fietske (!) naar zijn werk in Gent en ik terug naar bed om te proberen nog wat te slapen.

Fantastisch idee! Tot ik om 10uur wakker werd met het gevoel urine te verliezen. Ik schrok er behoorlijk van, want daar had ik eigenlijk heel de zwangerschap geen last van gehad. Ik dus snel recht om naar het toilet te gaan en toen.. euh.. stroomde het dus echt wel langs mijn benen. ;-)

Op dat moment twijfelde ik er dus echt wel niet meer aan en het verlossende moment was eindelijk daar:

Mijn! Water! Was! Gebroken!

Wist ik veel dat het uur van verlossing nog wel een tijdje op zich zou laten wachten. :-)

Ik zette me even op het toilet, deed een maandverband aan en was wel wat ongerust omdat ik echt zòveel vruchtwater verloor. Ze zeggen op voorhand wel dat je kindje nog genoeg beschermd zit daarna, maar het voelt toch een beetje alsof de beschermingslaag die je kindje in leven hield, mee wegvloeit..

Gauw trok ik me dus wat anders aan (in pyjama naar de kliniek gaan zag ik net niet zitten ;-) ), gritste de telefoon mee en ging me in de houding leggen die de kinesiste me voor zo'n geval had aangeraden: plat op mijn linkerzij in de zetel. En dan snel bellen natuurlijk. Frank was dus nog maar pas op zijn werk toen hij de kalme, maar vastberaden stem van zijn vrouwtje aan de lijn kreeg: "Frank: je zal moeten terugkomen hoor; mijn water is gebroken."

Even vastberaden, maar toch net iets minder kalm meende ik ;-) antwoordde hij dat het goed was; dat hij direct ging vertrekken en dat het goed was. Ah ja, en dat hij direct ging vertrekken! Hihi; mannen! :-)

En dan zijn 50 minuten lang hé. Af en toe stond ik nog recht om iets te nemen waar ik nog aan dacht, ik SMS'te Roos dat mijn water gebroken was en dat ik dus zou gaan bevallen en dan maar snel weer gaan liggen. Ik maakte me lichtjes zorgen over of we wel op tijd in de materniteit zouden geraken, maar daar hadden ze gezegd dat je met zuiver vruchtwater ook gerust 2 of 3 uur mag wegblijven. Oef, dat zouden we wel halen.

Rond 11u15 was hij daar dan: de vader van mijn wel heel toekomstig kind. Drijfnat van het zweet, vol adrenaline en vreemd genoeg rustiger dan hij had geklonken aan de telefoon. Ook hij graaide nog wat spullen bij elkaar, trok droge kleren aan en weg waren we.

Het was 11u35 toen we aankwamen in de materniteit. Ik zie namelijk nog zo de grote klok voor me die daar ophangt in de hal en herinner me dat ik me afvroeg om hoe laat ik die klok weer zou zien en of alles dan goed zou zijn met mijn klein Zoeterwtje..

Jammer genoeg werd ik direct aan een monitor vastgemaakt en moest ik dus plat in bed blijven liggen. Met weeën die zich nu toch stilaan meer lieten voelen, was dat niet vanzelfsprekend. Weeën opvangen doe je toch vooral zittend; voor je eigen comfort, maar ook om de opening (door de zwaartekracht) te bevorderen.

Noppes dus. Maar na een half uur monitor mocht ik wel weer rondlopen en het deed echt deugd de weeën nu beter te kunnen opvangen en te merken dat de truukjes die je leerde in de prenatale kine toch echt wel hielpen.

Een paar uur later (zo rond 15u) kreeg ik te horen dat de opening niet snel genoeg vorderde en dat het zowel voor moeder als kind beter was als ze mij een baxter zouden geven met een weeënversterkend middel. Geen leuk nieuws, want mijn kinesiste had verteld dat de weeën dan vaak ineens zoveel sneller komen dat het moeilijk wordt ze zelf op te vangen. Bovendien lig je dan dus wéér plat in bed tòt je mag gaan persen. Wat nog een eind kon duren, want ik had op dat moment zo'n 4cm opening. Maar niets aan te doen; gynes wil is wet en dus hing ik voor de 2de maal aan een baxter.

Het anderhalf uur wat daarop volgde was op zijn minst.. euh.. onaangenaam te noemen. ;-) Ineens kwamen de weeën inderdaad om de minuut. Ongelofelijk in wat voor een murwe staat je terecht komt als je lichaam zo intens blootgesteld wordt aan pijn. Ik probeerde me volledig te laten meevoeren en constant te denken aan ons Eliseke en hoe iedere wee haar dichter bij de me bracht.

Iets na 16u kwamen ze nog eens kijken hoeveel opening ik had. Ik had er goeie moed in, want door dat middel zou alles toch goed opgeschoten moeten zijn. Diezelfde moed zonk me dan ook in de schoenen toen ik hoorde dat ik een luttele centimeter gewonnen had; ongeveer wat mijn lichaam tot dan toe (1cm opening per anderhalf uur) op eigen kracht òòk gedaan had met andere woorden.

Er knakte echt iets in mij. De idee om daar nòg eens 5 uur te liggen maar dan met zoveel meer pijn, zag ik echt niet zitten en steeds meer begon ik te panikeren dat ik tegen dat het èchte werk zou beginnen (het uit mij duwen van een dikke 4 kilo ;-) ), ik totaal òp zou zijn en we dan nog verder van huis zouden zijn.

Op vrij korte tijd heb ik dan beslist om een epidurale te nemen; eens ik de vroedvrouw mijn keuze had verteld, herinner ik me zelfs nog vaag dat ik Frank ongeveer om de 10 seconden sissend van woede vroeg waar ze nu eigenlijk bleven met die rotspuit.

Rond half 5 was het dan zover: de Anesthesiste, Bevrijdster der Bevallende Vrouwen, kwam binnengewandeld met de beloofde rotspuit bij zich. Er werd mij op het hart gedrukt dat het essentieel was dat ik nu volledig stil moest liggen, ook al zou er zo meteen een wee komen. Makkelijker gezegd dan gedaan, maar al had ik op dat moment met hete kolen in mijn bakkes verstaanbaar de Brabançonne moeten zingen: ik had het ook gedaan. Alles om van die verrekte pijn vanaf te zijn.

Hèhè, ze zat. En zo'n kwartiertje later gleed ik langzaam af in een staat van gelukzalige ontspanning. Het leven is nog zoveel mooier als je net pijn gehad hebt en je voelt die dan langzaam maar zeker wegtrekken. :-)

Mijn staat van zen zou echter een kort leven beschoren zijn, want zo'n uurtje daarna (het zal zo rond half 6 geweest zijn) voelde ik me zo misselijk worden als wat. En toen begon het overgeven dus. Ik weet niet meer hoe vaak of hoe lang ik gekotst heb, maar het was veel. En opnieuw voelde ik me dus totaal groggy; dit keer niet van de pijn maar van pure misselijkheid en vermoeidheid van het steeds maar overgeven. Ik hunkerde dus weer naar het toucheren; het vernemen van hoeveel we déze keer dan wel opgeschoten waren, want je hoort toch vaak dat zo'n epidurale de openingsklus in no time klaart.

Grrrr.. Alweer noppes. Ik bleef gestaag nauwelijks een centimeter per uur winnen. Het begon nu echt wel lastig te worden om daar al zo'n 6 uur zo ziek als een hond in dat bed gekluisterd te liggen en de uren duurden dan ook steeds langer en langer. Maar op de een of andere manier is het dan toch zo gekomen dat de vroedvrouw de verlossende woorden kwam uitspreken:

Je! Mag! Gaan! Persen!

Ik dacht altijd dat ik superzenuwachtig zou zijn terwijl ik naar de verloskamer gevoerd zou worden, maar ik was tè ver heen om me veel zorgen te maken. Ik hees me met wat hulp op de bevallingstafel, poneerde mijn benen in de beugels en probeerde de gyne die kwam binnengewandeld vriendelijk te begroeten. Ik wierp een blik op de klok die daar hing: 21u31. Ik herinnerde me nog dat ik dacht: "Hopelijk doet je mama het goed Eliseke; dan ben je daar snel en zie je niet teveel af."

En toen veranderde alles.

Het is alsof ik op dàt eigenste moment mama werd. Ik kwam in een staat die ik niet anders kan omschrijven dan een Oerwaas. De vroedvrouw kwam naast me staan, zei me dat de eerste perswee er aan kwam en dat ik op haar teken àlles moest geven. Ik heb nog nooit iets zò letterlijk genomen. Ik nam de lussen vast die opzij van zo'n tafel hangen, drukte mijn kin op de borst en duwde met een kracht waar ik zelf van schrok.

Blijkbaar was ik niet de enige, want Frank begon te stamelen en wat beduusd te snikken en herhaalde heel de tijd: "Allez jong Veerle, zo'n kracht dat je hebt! Ongelofelijk! Zo goed dat je dat doet!"

Als er nu ièts was met mij motiveerde om dan zo mogelijk nòg meer te geven, was het dat wel. En zo heb ik onder de aanmoedigingen van Frank, de gyne, de vroedvrouw en een stagiaire (het leek wel een voetbalmatch ;-) ) liggen duwen en persen en mij proberen visualiseren dat ons Eliseke nu toch wel héél dichtbij was.. Dat ze met hun drieën joelend riepen dat ze het hoofdje konden zien, hielp daarbij natuurlijk enorm. :-)

Groot was dan ook de schok toen de vroedvrouw bij de volgende controle van het hartje, samen met ons, constateerde dat er niets te horen was. Stilte was nog nooit zo akelig, blikken tussen gyne en vroedvrouw nog nooit zo onheilspellend. Frank zag mijn reactie en schudde sussend van nee, maar ik zag dat ook hij danig van zijn stuk was.

Gelegenheid om te panikeren gaf ik mezelf niet. "Die kleine moet er zo snel mogelijk uit", was alles wat ik kon denken. Ik kon nog net uitbrengen: "Ik ben zo bang dat er iets mis is met haar!" De gyne begon sussend (en dus onrustwekkend) te antwoorden dat alles wel OK zou zijn, toen daar ineens het mooiste geluid op heel de wereld de monitor uit kwam gerend: het paardje in galop was daar! Het hartje van ons meisje!

Terwijl de tranen liepen over mijn wangen liepen, begon ik opnieuw te persen. Vol goeie moed dat het nu helemaal in orde zou komen.

En zie: om 21u59 hoorde ik iemand, die van heel ver weg klonk, zeggen: "Pak haar maar! Leg haar maar op je buik."

En dat deed ik. Ik nam dat kleine, glibberige, dampende, warme, overheerlijk ruikende kleine meisje van me in mijn armen. Ik weet niet meer of ik het luidop gezegd heb, maar het enige dat ik kon denken was: "Dat kan toch niet! Ik heb onze kleine meid bij me! Hier op mijn buik! Levend en wel!"

Die waas waarin ik vertoefde, heeft echt nog ùren geduurd. Ik was alle gevoel voor realiteit kwijt en mijn klein meisje was alles waar ik nog naar kon kijken. Voor mijn gevoel leek het dan ook of ze zeker een kwartier op mijn buik gelegen had, maar Frank vertelde me achteraf dat ze daar maar een minuutje gelegen heeft.

Ik weet enkel nog dat mijn moederhart daar ter plekke voor de eerste keer gebroken werd toen de vroedvrouw (die vanaf dan heel wat minder sympathiek leek ;-) ) haar bij me weg kwam halen. Ze sprak Elise troostend toe, verwijderde haar slijmpjes, gaf haar al haar eerste badje en woog haar. Het voelde totààl onnatuurlijk aan. Ik behoorde dat te doen! Het voelde al veel beter aan toen ze in Franks armen gelegd werd. Onvoorstelbaar mijn twee grootste schatten zo bij elkaar te zien.

"Het leven is goed" is zowat de enige heldere gedachte die ik die avond nog gehad heb. En eigenlijk de enige sindsdien; zowat iedere keer als ik naar ons dochtertje kijk of aan haar denk. En da's vaak. ;-)